Strafbeschikking n.a.v. strafrechtelijk onderzoek naar voormalig zorgmedewerkster

Geplaatst op: 27 Juni 2024

 

Het Openbaar Ministerie heeft ons geïnformeerd over de strafbeschikking naar aanleiding van het strafrechtelijk onderzoek naar een voormalig zorg-medewerkster van De Bieslandhof. Pieter van Foreest heeft in 2019 aangifte gedaan bij de politie en na onderzoek van het OM is nu de strafbeschikking bekend. Wij willen u hiervan op de hoogte stellen. 

 

Ex-zorgmedewerkster 
Zoals wellicht bekend liep er een strafrechtelijk onderzoek rond een voormalig zorgmedewerkster. Zij heeft medicijnen niet aan cliënten gegeven terwijl zij dat wel had moeten doen. Deze voormalig zorgmedewerkster is al langere tijd niet meer werkzaam in de zorg en ook niet werkzaam bij Pieter van Foreest.
 

Aangifte gedaan door zorgorganisatie
De medicijnen zijn eind 2019 aangetroffen. De zorginstellingen hebben daarop direct bij de politie aangifte gedaan en bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd gemeld dat aan cliënten medicatie is onthouden. Vervolgens is er een strafrechtelijk onderzoek gestart onder leiding van de officier van justitie in Den Haag en met betrokkenheid van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd. Het strafrechtelijk onderzoek probeert te beantwoorden of het niet toedienen van de medicijnen gezondheidsschade of lijden heeft veroorzaakt. Dit onderzoek is nu afgerond.
 

Strafrechtelijk- en feitenonderzoek
Naast het strafrechtelijk onderzoek door het Openbaar Ministerie hebben de instellingen ook zelf laten onderzoeken hoe dit heeft kunnen gebeuren. Dit zogeheten feitenonderzoek is uitgevoerd onder toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.
 

Strafrechtelijk onderzoek 
Tijdens het strafrechtelijk onderzoek zijn alle gevallen bekeken waarin medicijnen zijn achtergehouden. Het type medicatie dat is achter gehouden, varieert. In de meeste gevallen ging het om eenmalig of enkele keren achterhouden van medicatie. In alle gevallen heeft het strafrechtelijk onderzoek het mogelijk effect van het niet toedienen van de medicatie beoordeeld.
 

Nader onderzoek naar vijf dossiers
Dit heeft ertoe geleid dat het Openbaar Ministerie nader onderzoek heeft gedaan naar de medische dossiers van vijf cliënten met toestemming van cliënt/naasten. Het gaat daarbij om cliënten die een risico hebben gelopen op gezondheidsschade of lijden. Deze dossiers heeft het Openbaar Ministerie in overleg met het NFI laten beoordelen door een forensisch arts en toxicoloog. Ook zij konden in geen van de dossiers een causaal verband vaststellen tussen de onthouden medicatie en eventueel lichamelijk letsel. In één geval is mogelijk sprake geweest van pijnklachten door het onthouden van pijnstillers.
 

Andere medische dossiers geen aanleiding tot nader onderzoek
De medische dossiers van alle andere gevallen zijn niet opgevraagd. Het staat weliswaar vast dat aan deze cliënten medicijnen zijn onthouden. Ook is het mogelijk dat zij daarvan nadelige effecten hebben ondervonden. Maar er zijn onvoldoende aanwijzingen dat het niet toedienen van medicatie  heeft geleid tot ernstige gezondheidsschade of lijden. Dat is met name gebaseerd op het type medicatie, de dosering en hoe vaak de medicatie onthouden is.
 

Strafbeschikking
Het strafrechtelijk onderzoek van het Openbaar Ministerie is afgerond. Op basis van de uitkomst uit het onderzoek heeft het Openbaar Ministerie besloten de zaak niet voor de rechter te brengen maar verdachte een strafbeschikking op te leggen. Het Openbaar Ministerie geeft aan dat bij deze beslissing nadrukkelijk de persoon en de houding van verdachte meegewogen is en het feit dat haar handelen niet tot gezondheidsschade heeft geleid bij cliënten. Verdachte is ook niet meer werkzaam in de zorg. De uitspraak is als volgt: de vrouw heeft zich schuldig gemaakt aan verduistering in dienstbetrekking en aan overtreding van artikel 96 lid 1 van de Wet BIG (Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg). Het Openbaar Ministerie heeft de hiervoor hoogst mogelijke strafbeschikking opgelegd, namelijk een werkstraf van 180 uur. Verdachte heeft de strafbeschikking geaccepteerd. Daarmee is het strafrechtelijk onderzoek afgerond. 
 

We hopen jullie hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.